Het beleidsdoel Energietransitie is vastgesteld in het omgevingsbeleid. De uitwerking van dit beleidsdoel vind je via deze link .
Beleidsprestatie 3-1-1 Duurzame opwek elektriciteit
Wat willen we bereiken?
We werken samen met onze RES-partners en houden ons aan de gemaakte afspraken om in 2030 6,3 tot 6,8 TWh voor Zuid-Holland te realiseren met grootschalige zon- en windenergie. Deze afspraken zijn gemaakt in 7 Zuid-Hollandse RES’en (Regionale Energiestrategieën) opgesteld en door Provinciale Staten, 51 gemeenteraden en 5 verenigde vergaderingen van waterschappen vastgesteld;
- Om duurzame elektriciteit op te wekken stimuleren wij allereerst zonnepanelen op daken, bedrijventerreinen en bedrijfspanden. We stimuleren bedrijven en coöperaties om zonnepanelen te plaatsen volgens de zonneladder, waarbij we inzetten op meervoudig ruimtegebruik;
- Voor windenergie willen we de zoekgebieden in de RES uitwerken naar concrete zoeklocaties en deze tot realisatie te brengen, desnoods met inzet van het provinciaal instrumentarium;
We streven naar heldere en navolgbare besluitvormingsprocessen zodat inwoners en andere betrokkenen kunnen meepraten en meedenken over en meewerken aan de realisatie van de duurzame opwek elektriciteit.
Wat gaan we doen om dit te realiseren?
Algemeen
De provincie werkt vanuit haar participatie-uitgangspunten (de 4 D’s: doelen, dialoog, diversiteit en doorwerking). Zo ontwikkelen we kennis over lokaal eigendom, financiële participatie en participatie in het proces. Die kennis delen we vervolgens.
Realiseren van windenergie
- We werken samen met gemeenten, lokale energiecoöperaties, ontwikkelaars en andere belanghebbenden om windlocaties te realiseren. Om dit mogelijk te maken, passen we ons Omgevingsbeleid aan.
- Als gemeenten hun doelen voor duurzame opwek niet halen, gaat de provincie in gesprek met gemeenten en RES-regio's (Regionale Energie Strategie). Ze kijkt hoe de doelen wel haalbaar worden en hoe ze daarbij kan helpen.
- Zoals afgesproken in het coalitieakkoord gaat de provincie in Lansingerland een windlocatie van 15 MW realiseren (een projectbesluit nemen). Het provinciebestuur besluit in februari 2026 over de locatie waar windmolens komen (voorkeursbeslissing).
- Windmolens hebben rode verlichting om vliegtuigen te waarschuwen. Die verlichting kan overlast geven aan omwonenden. Hiervoor is een oplossing: als windmolens vliegtuigen opmerken (naderingsdetectie), hoeft de verlichting niet altijd aan te staan. Er is een subsidieregeling van het Rijk en de provincie zodat exploitanten een bijdrage kunnen krijgen voor de aanschaf en installatie van een naderingsdetectiesysteem.
Realiseren van zonne-energie
- De subsidieregeling Zonnig Zuid-Holland loopt door. Het gaat hierbij om zonnepanelen op grote daken, waterbassins of parkeerterreinen. De provincie stelt een grote-daken-aanpak op en lobbyt bij het Rijk voor betere regelgeving voor zon op dak.
- We hebben in Zuid-Holland liever zonnepanelen op bijvoorbeeld parkeergarages dan op landbouwgrond. Daarom gebruiken we de ‘provinciale zonneladder’: daarmee bepalen we waar we (het best) zonne-energie kunnen realiseren.
- De provincie wil de leiding nemen (bevoegd gezag) in een project om zonnepanelen langs de A15 te plaatsen. In dit project (Opwek Energie op Rijksvastgoed) werkt de provincie samen met betrokken gemeenten en het Rijk. De ontwikkelaar van de zonnepanelen betaalt de kosten voor een officiële procedure (projectbesluit).
Ruimte en landschap in de energietransitie/RES
Het is belangrijk dat we zorgvuldig omgaan met de ruimte in Zuid-Holland. Ook de energietransitie vraagt ruimte (zonnepanelen en windmolens). Bij het inpassen van energieprojecten houdt de provincie rekening met het landschap, biodiversiteit, lokaal eigendom en met de samenhang met andere opgaven.
Samenwerken aan regionale energiestrategieën
- De provincie werkt samen met haar RES-partners (gemeenten, waterschappen) aan duurzame opwek van energie in de buurt.
- De 7 RES-regio’s in Zuid-Holland hebben doelen voor duurzame opwek. De provincie helpt hen om deze te bereiken, bijvoorbeeld met kennis, geld, of met het participatieproces. Zo werken we aan een langdurige regionale samenwerking.
- De provincie houdt bij of de 7 RES-regio’s op koers liggen om hun energiedoelen (RES-bod) te halen. Dat doet zij met de voortgangsdocumenten. Daarin staat alles rondom voortgang en vergunningen. Zo is te zien of er aanpassingen nodig zijn om de energiedoelen te halen.
Uitwerken RES-zoekgebieden zon en wind
De provincie onderzoekt alle mogelijkheden om de doelen voor duurzame opwek (zon en wind) op tijd te realiseren. Dit doet ze samen met haar partners (gemeenten, lokale energiecoöperaties, ontwikkelaars, en andere belanghebbenden).
Verbinden van energietransitie aan andere ruimtelijke opgaves
Geen tekst ontvangen
Beleidsprestatie 3-1-2 Lokale initiatieven en inclusieve energietransitie
Wat willen we bereiken?
Wij streven naar een percentage van minimaal 50% lokaal eigendom van energieproductie in Zuid-Holland. Daarmee willen wij lokale betrokkenheid en eigenaarschap bij energieprojecten stimuleren en zorgen dat de omgeving meedeelt in de voordelen van energieproductie van eigen bodem. We verwachten dat dit ook bijdraagt aan de participatie bij en het draagvlak van energieprojecten.
Wij zetten ons in om de energietransitie toegankelijker te maken voor doelgroepen die niet vanzelf meekomen en hard geraakt worden door de hoge energiekosten.
Wat gaan we doen om dit te realiseren?
Algemeen
- Om het energiesysteem eerlijk te maken, moet het in alle onderdelen van het energiebeleid terugkomen. De provincie werkt daaraan.
- Voor een eerlijkere energietransitie moeten overheden samenwerken met elkaar en met lokale initiatieven. De provincie versterkt dit. Ook werkt de provincie mee aan landelijke onderzoeken naar energiearmoede en energierechtvaardigheid. Ze helpt bij het opstellen van een norm om de kwaliteit van energiegemeenschappen te beschermen.
Lokaal eigendom
- De provincie vindt het belangrijk dat bewoners zelf iets te zeggen hebben over energieproductie (lokaal eigendom). Daar zijn regels voor nodig. De provincie helpt gemeenten bij het opstellen daarvan. Dit doet zij met een beleidskader voor lokaal eigendom en participatie,
- Het is belangrijk dat alle mensen mee kunnen doen met energieprojecten in hun omgeving. Daarom deelt de provincie goede voorbeelden met energiecoöperaties, gemeenten en lokale bedrijven. Deze voorbeelden laten zien hoe je duurzame opwek inclusief kunt maken.
Stimuleren lokale initiatieven
- De provincie steunt lokale energie-initiatieven financieel. Daarmee maakt ze bewoners ook ‘eigenaar’ van de energietransitie. Dit doet de provincie met subsidies uit de regeling ‘Lokale initiatieven in de energietransitie 2023’ en met het Ontwikkelfonds voor energiecoöperaties.
- Energiecoöperaties en andere initiatieven staan steviger als ze professioneel worden gerund. Daarom geeft de provincie een begrotingssubsidie aan Energie Samen Zuid-Holland (ESZH). Dit is de koepelorganisatie van bijna 100 energiecoöperaties in Zuid-Holland. Energie Samen Zuid-Holland helpt de coöperaties met kennis, begeleiding van projecten, en subsidieaanvragen. Kortom: met het professionaliseren van coöperaties.
- De provincie doet mee met projecten in de wijk die bijdragen aan een eerlijke en inclusieve energietransitie. Goede lokale voorbeelden (‘best practices’) geven we extra aandacht zodat anderen ze kunnen overnemen. De provincie deelt kennis met lokale initiatieven, woningcorporaties, welzijnsorganisaties en anderen.
- De provincie doet mee met projecten in de wijk die bijdragen aan een eerlijke en inclusieve energietransitie. We werken met gemeenten, woningcorporaties, lokale initiatieven, welzijnsorganisaties en anderen aan hulp bij energiebesparen voor inwoners die daar nu te weinig mogelijkheden voor hebben. De provincie deelt kennis, en goede lokale voorbeelden (‘best practices’) geven we extra aandacht zodat anderen ze kunnen overnemen.
Beleidsprestatie 3-1-3 Warmte transitie in de gebouwde omgeving en glastuinbouw
Wat willen we bereiken?
De provincie streeft ernaar het gebruik van aardgas te verminderen door energiebesparing en door warmtebronnen in onze eigen provincie te benutten. Daarbij werken we aan de landelijke doelstellingen voor een klimaatneutrale gebouwde omgeving in 2050 en een klimaatneutrale glastuinbouw in 2040. In lijn met het Klimaatakkoord verlagen we de CO 2 -uitstoot in 2030 met 40% ten opzichte van de actuele uitstoot.
- We willen het beleid van het Rijk en gemeenten verbinden op het gebied van de warmtetransitie.
- We versterken de gemeentelijke regierol voor de warmtetransitie en zorgen voor onderlinge verbinding tussen gemeenten.
- We versnellen bovenlokale warmtenetwerken en willen deze in publieke handen geven.
- We stimuleren innovaties op het terrein van lokale en regionale energieopslag.
Wat gaan we doen om dit te realiseren?
Algemeen
- De provincie past het provinciale Omgevingsbeleid aan, zodat er ruimte komt voor bovenlokale warmtesystemen (bronnen, warmtenetwerken, opslagsystemen).
- In het provinciaal Meerjarenprogramma Infrastructuur, Energie en Klimaat (pMIEK) maakt de provincie warmteprojecten haalbaar.
Bevorderen duurzame verwarmingsvoorziening
- De provincie helpt bij het ontwikkelen van grootschalige warmtesystemen met bijpassende warmtebronnen (bijvoorbeeld aardwarmte of restwarmte) in Zuid-Holland.
- Door samen te werken met energieregio’s (RES-regio’s) en andere organisaties, helpt de provincie met warmtenetwerken die gemeenten met elkaar verbinden (bovenlokale projecten).
- De provincie onderhoudt contact met alle gemeenten in Zuid-Holland voor kennisdeling.
- Het Zuid-Hollandse warmtesysteem heeft landelijke betekenis en is onderdeel van het Nationaal Meerjarenprogramma Infrastructuur, Energie en Klimaat (nMIEK). Samen met het Rijk werkt de provincie aan betaalbare warmte.
- Met het nMIEK zorgen we dat gemeenten makkelijker kunnen overstappen op warmtenetten. Ook werken we samen aan grote warmtetransportleidingen: bestaande leidingen (WarmtelinQ) en nieuwe leidingen. Tot slot werken Rijk en provincie samen aan een nieuwe organisatie die restwarmte uit de haven wil hergebruiken.
- De provincie helpt de warmtetransitie in de glastuinbouw door deze te verbinden met regionale warmtesystemen. Ze zet hiervoor de gebiedsaanpak van de Greenport Zuid-Holland in.
- Via het 'Netwerk Lokale Warmteoplossingen’ helpt de provincie bij het ontwikkelen van kleine warmtesystemen in regio’s en gemeenten waar grote warmtesystemen niet passen.
- Als gemeenten een alternatief willen voor aardgas, zijn er verschillende opties mogelijk. Daarvoor stelde de provincie het ‘afwegingskader Warmte’ op. Daar komt nu ook informatie over koude in, omdat het koelen van huizen steeds belangrijker wordt.
- Energiebesparing is juist voor kwetsbare bewoners van Zuid-Holland belangrijk. Kennis over de warmtetransitie gebruiken we bij de beleidsopgave ‘eerlijke energietransitie’. Zo maakt de provincie een aanpak die mensen met lagere inkomens helpt.
- In Den Haag werken we mee aan energiebesparing en verduurzaming van verschillende overheidsgebouwen. Dit gebeurt via EnergieRijk Den Haag (ERDH): een samenwerking tussen het Rijk, de gemeente Den Haag, en de provincie. We delen de kennis die we hierbij opdoen. De provincie helpt bepaalde doelgroepen (maatschappelijk vastgoed, het mkb, bedrijventerreinen en monumenten) om energie te besparen.
- De provincie werkt aan ideeën voor duurzame energie waarmee de nieuwbouw van woningen sneller kan. Energieoplossingen koppelen we aan slimme ideeën voor klimaatadaptatie, circulair bouwen en bouwen zonder uitstoot.
- De provincie helpt bij het krijgen van financiële steun uit nationale of Europese fondsen.
- We delen kennis over duurzame warmte met gemeenten en andere doelgroepen.
- WarmtelinQ is een warmtetransportnetwerk dat een belangrijke rol speelt in de hele warmtetransitie in Zuid-Holland. De provincie helpt om WarmtelinQ optimaal te gebruiken: ze geeft een subsidie van maximaal € 81 miljoen voor het gedeelte Rijswijk-Leiden.
- Kennis en innovatie is hard nodig voor de warmtetransitie. Daarom bevordert de provincie innovatie en verdere ontwikkeling van geothermie (aardwarmte). Hiervoor werkt de provincie samen met het Rijswijk Centre for Sustainable Geo-energy (RCSG) van TNO, en met de ‘Energy Cave’ in Rijswijk (in samenwerking met EBN, TNO, TU Delft, Geothermie NL, en het Rijk).
- De provincie vergroot het inzicht in hoeveel restwarmte er in de Rotterdamse haven is, en hoe die gebruikt kan worden. Hierbij helpt de informatie die bedrijven wettelijk moeten geven. Ook het feit dat de provincie (via omgevingsdienst DCMR) toezicht houdt op bedrijven, helpt mee.
- In de Rotterdamse haven heeft de provincie een samenwerking met meerdere partijen. Zij zorgen dat restwarmte uit de industrie aansluit op de behoefte van gemeenten en glastuinbouwclusters.
- Warmte kan ook gewonnen worden uit water en zon (aquathermie en zonthermie). De provincie bekijkt de mogelijkheden hiervan, zodat we deze duurzame warmtebronnen meer kunnen gebruiken.
- Warmteopslag kan een belangrijke rol gaan spelen in de gebouwde omgeving en de glastuinbouw. De provincie bevordert innovatie, ontwikkeling en betaalbaarheid van warmte-opslag (hoge en midden temperatuur: HTO en MTO). Hiervoor maakt ze pilots mogelijk. Uitkomsten daarvan vertaalt ze naar het provinciale bodembeleid.
Beleidsprestatie 3-1-4 Klimaatneutrale en circulaire industrie
Wat willen we bereiken?
We leveren een bijdrage aan de nationale doelen om in 2030 50% minder primaire grondstoffen te gebruiken en in 2050 een volledig circulaire economie te realiseren;
Onze bijdrage richten wij specifiek op de Zuid-Hollandse industrie. Een groot deel van de nationale opgave ligt in de provincie Zuid-Holland en dan met name in het Haven Industrieel Complex (HIC) in Rotterdam: ruim 30 procent van alle industriële CO 2 -uitstoot in Nederland is afkomstig uit provincie Zuid-Holland.
We stimuleren de Zuid-Hollandse industrie met het behalen van de voor de sector industrie vastgestelde NOx-emissiereductiedoel van 38% in 2030 ten opzichte van 2019.
Wat gaan we doen om dit te realiseren?
Algemeen
Stimuleren van efficiency in de industrie
- De provincie gebruikt vergunningen, toezicht en handhaving om bedrijven efficiënter met energie en grondstoffen om te laten gaan.
- Met een subsidie ondersteunt de provincie de aanleg van het Botlek Stoomnetwerk. Dit is een leidingennetwerk waarmee bedrijven de restwarmte (stoom) van andere bedrijven gebruiken. Door het Botlek Stoomnetwerk is de CO 2 -uitstoot elk jaar 140 Kton lager. Als het netwerk klaar is, wordt dit 225 Kton per jaar. Het netwerk bespaart jaarlijks ook de uitstoot van 126.000 kilo stikstofoxiden (NOX-uitstoot).
- Samen met ondernemersvereniging Deltalinqs werkt de provincie aan energiebesparing bij industriële bedrijven. Energie-innovatiestudies bekijken het energieverbruik van een complete fabriek voor mogelijke verbeteringen.
Vernieuwen van het energiesysteem van de industrie
- Samen met partners uit NOVEX Rotterdamse haven werkt de provincie aan een markt voor groene waterstof. Omdat hierbij geen koolstofdioxide vrijkomt, past het bij het Rijksplan voor waterstof.
- De provincie kijkt of ontwikkelingen op het vlak van waterstof kansen bieden voor de maakindustrie. Daarom draagt de provincie bij aan onderzoeken, studies en evenementen. Voor waterstof is een nieuwe infrastructuur nodig; de provincie helpt regionale initiatieven die daaraan werken.
- Om kennis te delen over waterstof, werkt de provincie mee aan de oprichting van Europe’s Hydrogen Hub. Dit doet zij samen met Port of Rotterdam, TU Delft, TNO, Gemeente Rotterdam en Innovation Quarter.
- De provincie wil dat de energietransitie gezond en veilig is. Daarom volgt ze de onderzoeken naar de risico’s van waterstofdragers. Ook stelt de provincie in 2026 praktische richtlijnen (handelingsperspectief) op voor mogelijke ongelukken met ammoniak.
- Er moet genoeg ruimte zijn voor nieuwe duurzame bedrijven en voor industrieën die duurzamer willen worden. Ook voor energie-infrastructuur is ruimte nodig. Hierover bestaan afspraken in NOVEX Rotterdamse haven (Uitvoeringsagenda 1.0). De provincie voert deze afspraken uit. Een voorbeeld hiervan is dat de provincie samen met partners oplossingen voor ruimtegebrek in de Rotterdamse haven gaat onderzoeken (onderzoek naar nut, noodzaak en impact op de omgeving). Ook past de provincie haar omgevingsbeleid hierop aan.
Vernieuwen van het grondstoffensysteem van de industrie
- Voor circulaire bedrijven is veel ruimte nodig. Daarom werkt de provincie aan ruimte voor deze bedrijven. Ook helpt het de industrie als er meer vraag komt naar duurzame materialen. De provincie werkt daarom in de Europese Unie aan eerlijke concurrentie voor deze materialen.
- Duurzame bedrijven staan niet op zichzelf, maar werken samen in ketens. De provincie steunt projecten die helpen zulke ketensamenwerking te verbeteren. Soms vraagt dit om slimme arbeidskrachten. Met geld uit het Just Transition Fund (JTF) pakt de provincie knelpunten op de arbeidsmarkt aan. Van 2022 tot en met 2029 is er voor de regio Groot-Rijnmond € 60 miljoen beschikbaar.
- De provincie onderzoekt of er in Zuid-Holland samenwerkende bedrijven zijn (waardeketens) die we willen helpen groeien. We verkennen welke nieuwe industriële circulaire waardeketens we in deze regio zouden willen vergroten en onderzoeken hoe we dit kunnen stimuleren.
- Uit afval en biomassa kunnen weer nuttige grond- en brandstoffen gemaakt worden. Via subsidies uit het Kansen voor West 3-programma helpt de provincie zulke duurzame initiatieven.
- Samen met ondernemersorganisatie Deltalinqs werkt de provincie aan een onderzoeksmethode. Hierdoor kunnenbedrijven slimmer met grondstoffen en reststromen omgaan (grondstoffen-innovatie-studies). Deze onderzoeken vinden plaats in 2026.
- Samen met InnovationQuarter bekijkt de provincie of circulaire industriële start- en scale-ups tegen problemen aanlopen. Met het Industry Transformers-overleg proberen we die problemen weg te halen.
- We dragen bij en doen mee aan het netwerk Groene Chemie, Nieuwe Economie (GCNE). Dit platform wil de transitie van de chemiesector versnellen.
- We dragen bij en doen mee aan het European Chemical Regions Network (ECRN). Een van onze gedeputeerden is hiervan bestuurslid. Zo dragen we bij aan een eerlijke concurrentie voor duurzame bedrijven in Europa.
- We nemen deel aan de taskforce Circulair, en de taskforce Energietransitie, van de Economic Board Zuid-Holland (EBZ). Dit gaat bijvoorbeeld om het ruimte geven aan duurzame bedrijven.
- Waar we kunnen, werken we samen met ondernemersvereniging Deltalinqs aan het Deltalinqs Climate Program. Dit gaat onder andere over vernieuwing van het energiesysteem, over verduurzaming van de industrie, en over slim omgaan met grondstoffen.
- We houden nationale en Europese regelgeving over de grondstoffentransitie in de gaten. Ook geven we input voor nieuwe regelgeving.
- Waar het kan, en waar het past bij het provinciaal beleid, ondersteunen wij innovaties die bijdragen aan de grondstoffentransitie in de industrie.
Beleidsprestatie 3-1-5 Duurzaam energiesysteem
Wat willen we bereiken?
De energie-infrastructuur is de slagader van het toekomstige duurzame energiesysteem. We willen een slim en efficiënt energiesysteem dat beschikbaar is voor maatschappelijke opgaven in Zuid-Holland. We willen versnelling van de ontwikkeling en de ruimtelijke inpassing van elektriciteits-, groene waterstof- en warmtenetten.
Wat gaan we doen om dit te realiseren?
Algemeen
Provinciaal Meerjarenprogramma Infrastructuur Energie en Klimaat (pMIEK)
- De provincie gaat door met de samenwerking met netbeheerders en gemeenten in de Energieraad. Ze zet extra in op sneller bouwen, beter benutten, en slimmer maken van het systeem.
- De provincie werkt samen met de betrokken netbeheerders en gemeenten aan de derde ronde van het provinciaal Meerjarenprogramma Infrastructuur Energie en Klimaat: pMIEK 3.0. Hierin wordt het toekomstbeeld van het energiesysteem voor 2050 scherper, en volgt een uitwerking per regio. Het pMIEK 3.0 komt begin 2027.
- Samen met netbeheerders, gemeenten en overige belanghebbenden werkt de provincie verder aan het pMIEK 2.0. Om ze zo snel mogelijk af te ronden, krijgen projecten die dat nodig hebben, per kwartaal extra mensen en geld.
- Energie-infrastructuurprojecten zijn complex. Daarom werkt de provincie aan een document waarmee partijen infrastructuur goed in de omgeving kunnen inpassen.
- De provincie werkt aan slimme oplossingen die overbelasting van het stroomnet voorkomen. Bijvoorbeeld door bestaande infrastructuur beter te benutten, zoals energiehubs op bedrijventerreinen. De provincie zet energie-regisseurs in om bedrijventerreinen hierbij te helpen.
- De provincie werkt aan kennis over energiehubs en wisselt deze kennis uit met partners. Zo kunnen anderen het systeem ook efficiënter benutten.
- Waar dat nodig is, voert de provincie - soms samen met gemeenten - onderzoek uit naar vraag en aanbod van energie. Zo kijkt de provincie hoe het energiesysteem beter in balans kan komen. Ook helpt de provincie met pilots voor ‘netbewust bouwen’ en andere ideeën die het stroomnet kunnen ontlasten.
- De provincie onderhoudt actief contact met alle gemeenten in Zuid-Holland om kennis uit te wisselen over overbelasting van het stroomnet, en maatwerkoplossingen.
- De provincie ontwikkelt kennis en deelt die vervolgens met gemeenten of andere doelgroepen. Ze doet dit bijvoorbeeld door richtlijnen en adviezen te maken.
- De provincie bekijkt mogelijke locaties voor toekomstige energie-infrastructuur. Passende locaties legt ze vast in het Omgevingsbeleid.
- De provincie werkt verder aan een samenhangend plan voor het hele energiesysteem, bijvoorbeeld met behulp van een datatool. Verder voert de provincie studies uit over waterstof, energieplanologie, energiemarkt, en over betaalbaarheid.
- De provincie verbetert verdere data-uitwisseling met netbeheerders. Daarnaast bouwt ze een GIS-dataset voor het energiesysteem. (Hiermee kan een Geografisch Informatie Systeem samenhangende gegevens op een kaart tonen, waardoor berekeningen en analyse mogelijk worden)
- De provincie bouwt kennis op over het toekomstige energiesysteem. Bijvoorbeeld over energieopslag en de rol daarvan.
Beleidsprestatie 3-1-6 Kernenergie
Wat willen we bereiken
Zuid-Holland is een energie-intensieve provincie en voor de energietransitie van de bebouwde omgeving en de industrie is een ruime en betrouwbare beschikbaarheid van CO 2 neutrale energie van levensbelang. De provincie sluit daarom op voorhand geen enkele CO 2 -emissievrije techniek uit.
De energiemix van de toekomst vraagt om stabiele, duurzame en betrouwbare bronnen. Kernenergie kan een bijdrage leveren aan deze toekomstige energiemix. Daarnaast kan het de afhankelijkheid van fossiele import buiten Europa verminderen. De provincie wil de potentie van kernenergie in de energiemix binnen de provincie verder onderzoeken en verkennen. Daarbij wordt nadrukkelijk gekeken naar kleine kerncentrales (SMR’s).
Wat gaan we doen om dit te realiseren?
Algemeen
- De provincie participeert in het landelijke Small Modular Reactors-traject van het Rijk. In dit onderzoek worden onder ander vraagstukken met betrekking tot veiligheid en bevoegd gezag uitgewerkt. Hiervoor zal de provincie de DCMR een opdracht geven om kennis op dit gebied op te bouwen en decentrale overheden te ondersteunen bij mogelijke vergunningstrajecten, participatie en communicatie.
- Op basis van de uitkomsten van het landelijke Small Modular Reactors-traject zal de provincie een potentie onderzoek doen naar de plaatsing van small modulair reactors in de provincie Zuid-Holland. Dit in samenwerking met de Zuid-Hollandse gemeenten die hiervoor open staan.
- De provincie zal gemeenten financieel ondersteunen voor de kosten van simulaties, locatieonderzoek en participatie.
- In samenwerking met betrokken gemeenten wordt het proces opgestart om te komen tot een Rijk-Regiopakket in het kader van de nieuwbouw van twee nieuwe grote kerncentrales. Vaststelling is afhankelijk van de locatiekeuze van het Rijk in 2026.