Paragraaf Subsidies

De begrotingssubsidie aan River Operations South Holland B.V.  t.b.v. exploitatie veerdienst Maassluis-Rozenburg voor een bedrag van € 2.237.503 (beleidsdoel 2-1)
River Operations South Holland B.V. exploiteert de veerdienst Maassluis-Rozenburg op grond van de tijdelijke exploitatieovereenkomst met de provincie tot het moment dat er door middel van een Europese aanbesteding een nieuwe exploitant kan worden gecontracteerd. Op 11 maart 2025 is besloten de tijdelijke exploitatieovereenkomst met River Operations South Holland B.V. met een jaar te verlengen tot en met 9 juli 2026. Aan River Operations South Holland B.V. wordt hiervoor, conform de besluitvorming van PS op 9 juli 2025 in beginsel een subsidie beschikbaar gesteld van € 2.237.503 voor de exploitatie 2026 van de veerdienst Maassluis-Rozenburg. Hiervan wordt € 1.799.503 begroot in de vorm van een begroting-boekjaarsubsidie voor de exploitatie van de veerdienst.  Bij de verlening wordt gewerkt met een voorlopige LBI Bus Diesel Index van 4,59%, die door DOVA, het samenwerkingsverband van vervoerautoriteiten, is berekend. Na afloop van het subsidiejaar wordt deze met een definitieve index gecorrigeerd.
€ 200.000 wordt gereserveerd voor de opvang van een mogelijke inkomstenderving van River Operations South Holland B.V., indien de opbrengsten van de kaartverkoop tegenvallen. (De provincie garandeert de minimale reizigersopbrengsten van de veerdienst op basis van de afspraken in het addendum bij de tijdelijke exploitatieovereenkomst met River Operations South Holland B.V.). Omdat het op voorhand al duidelijk is dat de opbrengsten van de kaartverkoop in 2026 tegen zullen vallen door de sterke afname van het autoverkeer en de vervoerder hiervoor een beroep zal doen op de opbrengstgarantie, wordt de reservering van € 200.000 in 2026 toegevoegd aan de begroting-boekjaarsubsidie 2026. Dit bedrag wordt niet geïndexeerd. In de subsidieverleningsbeschikking worden hierover specifieke afspraken gemaakt
€ 238.000 wordt gereserveerd voor eventuele aanvullende reparaties en tegenvallende brandstof- en andere (begrote) kosten. De subsidie wordt verantwoord in Beleidsdoel 2-1 Duurzame en veilige bereikbaarheid voor iedereen. De reservering voor de opbrengstgarantie wordt gedekt uit de reserve Bereikbaarheid. De reservering voor eventuele aanvullende reparaties en tegenvallende brandstofkosten is een reservering uit 2025, die in 2025 is doorgeschoven naar 2026. Deze reservering is in 2024 gedekt uit de reserve Mobiliteit en is omdat de reserve mobiliteit is komen te vervallen overgeheveld naar de reserve Bereikbaarheid.
De maatschappelijke baten zijn: beleidsprestatie 2-1-1 Stimuleren transitie naar duurzaam, veilig en slim personenvervoer en beleidsprestatie 2-1-2 Adequaat en duurzaam aanbod openbaar vervoer. Dit draagt bij aan sociaal, veilig, betrouwbaar, betaalbaar, beschikbaar en comfortabel vervoer van reizigers uitgevoerd door de exploitant van veer Maassluis-Rozenburg.
Er zijn geen alternatieven voor het instrument subsidie overwogen. Subsidie is het meest geëigende instrument. De exploitatie van de veerdienst geschiedt op basis van de tijdelijke exploitatieovereenkomst met River Operations South Holland B.V. voor de veerdienst Maassluis-Rozenburg, waarin ook de (geïndexeerde) subsidieverstrekking is vastgelegd voor het komende jaar. Ook betreft het een bijdrage waartoe de provincie geen directe tegenprestatie ontvangt. Er zijn daarom geen alternatieven voor het instrument subsidieverlening.
Gevraagd wordt aan de provinciale staten om de begrotingssubsidie vast te stellen op € 2.237.503 en deze op te nemen in de begroting.

De begrotingssubsidie aan Holland Partners t.b.v. 20 Schepen 6 Laadpunten voor een bedrag van € 1.100.000 (beleidsdoel 2-1)
De Provincie Zuid-Holland investeert de komende jaren € 7 miljoen in de verduurzaming van de binnenvaart. Met het project "20 schepen – 6 laadpunten" wil de provincie de overgang naar schoon goederenvervoer over water versnellen. Dit draagt bij aan minder uitstoot, minder druk op de wegen en een sterker, toekomstbestendig binnenvaartnetwerk. In 2025 starten we met voorbereidend onderzoek naar technische standaarden voor zowel schepen als laadinfrastructuur, deze onderzoeken zitten nu in de afrondingsfase. In 2026 volgt een pilot met een aantal schepen, waarna een gerichte subsidieregeling wordt ontwikkeld. Zo bouwen we stap voor stap aan een systeemverandering richting zero emissie op het water, in samenwerking met marktpartijen, kennisinstellingen en andere overheden. Deze middelen zijn bestemd voor een pilot waarbij ca. twee schepen zullen worden omgebouwd naar hybride elektrisch en worden gemonitord. Dekking is beschikbaar onder beleidsdoel 2.1 Duurzame en veilige bereikbaarheid voor iedereen.
De maatschappelijke baten zijn: beleidsprestatie 2-1-3 Duurzaam en efficiënt goederenvervoer.
De subsidie voor het project “20 schepen – 6 laadpunten” beoogt verschillende maatschappelijke baten. Kort samengevat zijn dat:

• Minder luchtvervuiling: Door de overstap naar emissievrije aandrijving (zoals elektrisch of op waterstof) stoten binnenvaartschepen geen of veel minder stikstof, fijnstof en CO ₂ uit. Dit verbetert de luchtkwaliteit, vooral in stedelijke gebieden en langs drukke vaarwegen.
• Klimaatwinst: De binnenvaart is nu nog grotendeels afhankelijk van fossiele brandstoffen. Door te verduurzamen draagt het project bij aan de provinciale en nationale klimaatdoelen (zoals het Klimaatakkoord en Fit for 55).
• Minder druk op het wegennet: Een sterke, duurzame binnenvaart biedt een schoner alternatief voor vrachtvervoer over de weg. Dat helpt files te verminderen en vermindert de slijtage aan infrastructuur.
• Gezondere leefomgeving: Minder uitstoot en geluid van schepen dragen bij aan een prettiger en gezonder woon- en leefklimaat in de buurt van havens en vaarwegen.
• Innovatie en werkgelegenheid: Het project stimuleert innovatie in de maritieme sector en biedt kansen voor de regionale economie, bijvoorbeeld via scheepswerven, techniekbedrijven en laadoplossingen.
• Gelijke tred met EU- en Rijksoverheid: Door als provincie vroeg te investeren, sluiten we aan bij bredere Europese en landelijke ambities rond verduurzaming van transport en infrastructuur. Dit versterkt de positie van Zuid-Holland als logistieke topregio.

Als alternatief voor het instrument subsidie is opdrachtverstrekking overwogen. Subsidie is gebleken de enige optie te zijn, aangezien het betreffende bedrag geen tegenprestatie vormt voor een geleverde dienst, maar een bijdrage ter stimulering van de verduurzaming van de binnenvaart.
Gevraagd wordt aan de provinciale staten om de begrotingssubsidie vast te stellen op € 1.100.000 en deze op te nemen in de begroting.

Gedeputeerde Staten kunnen door het jaar heen subsidieplafonds vaststellen voor subsidieregelingen, passend binnen de beschikbare budgetten. De peildatum van bovenstaande tabel is 29 augustus 2025. Dat verklaart ook dat in de kolom ‘maximaal te subsidiëren 2026’ soms nog geen bedrag staat vermeld.